Toename aantal starters op de woningmarkt
In de eerste zes maanden van 2023 kochten circa 28.000 starters een woning. Dit zijn ruim 1.200 meer starters dan in dezelfde periode in 2022. Behalve een absolute stijging, is er ook procentueel gezien een toename van starters op de woningmarkt. Van alle mensen die het afgelopen half jaar een woning kochten, ging het in 45 procent van de gevallen om starters. In 2021 was dit nog 40 procent. Doorstromers en beleggers kochten minder woningen.
Verbeterd uitgangspunt voor starters
NVM geeft diverse redenen voor de toename van starters op de woningmarkt. Zo zou dit komen doordat starters een betere financiële positie hebben. De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn de inkomensstijging, de ruimere leennormen en de gedaalde woningprijzen.
In 2022 was de piek van de woningmarkt en was de starter gemiddeld 369.000 euro voor een woning kwijt. Dit gemiddeld aankoopbedrag daalde in het eerste kwartaal van dit jaar ruim 10 procent. Starters betaalden toen gemiddeld 320.000 euro.
Bovendien maakten drie op de vijf mensen gebruik van de startersvrijstelling bij het kopen van hun eerste woning. Deze vrijstelling houdt in dat mensen jonger dan 35 jaar en die voor het eerst een woning kopen, geen overdrachtsbelasting hoeven te betalen op woningen onder de 440.000 euro.
Single of samen?
Een alleenstaande starter met een modaal inkomen heeft in de huidige huizenmarkt slechts 3 procent van het beschikbare woningaanbod om uit te kiezen. Ben je op zoek naar een woning met een partner? Dan is het aanbod al breder: 37 procent van het woningaanbod past binnen jullie budget.
Ook al laten de cijfers positieve ontwikkelingen zien voor starters, er is nog steeds een krapwoningaanbod. Daarnaast zijn recent de huizenprijzen weer toegenomen. Als dit doorzet kan de positie voor de starter weer minder rooskleurig worden.