Wel of geen overlijdensrisicoverzekering?
Vanaf 1 januari 2020 is het niet langer verplicht om een overlijdensrisicoverzekering af te sluiten bij een hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie. Toch is het in veel gevallen wel verstandig om een overlijdensrisicoverzekering te hebben.
Goed beschermd met de overlijdensrisicoverzekering
Zeker als starter op de woningmarkt sta je het liefst niet stil bij een vroegtijdig overlijden van jou of je partner. Toch is het een risico dat grote gevolgen kan hebben voor de woonsituatie van de nabestaanden.
Bij het wegvallen van één inkomen kan het dat de achterblijvende partner de hypotheeklasten niet kan dragen en noodgedwongen de woning moet verkopen. Heb je geen samenlevingscontract of andere afspraken gemaakt bij de notaris, dan worden de familieleden van de overledene erfgenaam van de helft van de woning en heb je ook geen recht op het nabestaandenpensioen.
De overlijdensrisicoverzekering geeft nabestaanden bescherming bij het wegvallen van het inkomen en keert een vooraf bepaald kapitaal uit bij het overlijden van de verzekerde persoon. Dat kan een vast bedrag zijn, maar je kunt ook kiezen voor een in de toekomst dalende vaste uitkering.
Wanneer geen overlijdensrisicoverzekering?
Een overlijdensrisicoverzekering hoeft niet altijd nodig te zijn. Bijvoorbeeld als er voldoende vermogen is, je geen hypotheek meer hebt of als je alleenstaand bent. Ook zitten er een aantal nadelen aan deze verzekering. Zo wordt er alleen uitgekeerd wanneer de verzekerde tijdens de looptijd van de verzekering komt te overlijden. Bij het verstrijken van de looptijd vervalt ook de verzekering en wordt er bij het overlijden buiten de verzekeringsperiode geen geld uitgekeerd.
Jouw keuze
Houd bij de keuze of je wel of geen overlijdensrisicoverzekering afsluit rekening met de hypotheeklasten en andere vaste lasten voor de nabestaande. Er zijn verschillende vormen van de overlijdensrisicoverzekering. Ook kan je ervoor kiezen of je de verzekering afsluit op naam van jezelf, je partner of jullie beiden en voor welk bedrag en welke looptijd.